
Dit weekend mag de meest beroemde muzikale Belg zich tussen elke tandem van de single connection wringen: Toots Thielemans. Daar heeft Toots het zelf op aangestuurd nu hij naar rust en stilte snakt.
Al kan ik me nauwelijks voorstellen dat hij zijn dagen voortaan vult met indutten in een schommelstoel of stof afblazen van foto-albums uit zijn verleden. Daarvoor hield Toots Thielemans te veel de vinger aan de pols. Die gezonde nieuwsgierigheid, die gretigheid waarmee hij in het leven staat, die zal wel altijd blijven.
Wie Toots alleen associeert met jazzmuziek, doolt. Toots mag dan wel de patroonheilige zijn van Jazz Middelheim elk jaar in augustus, begeleidde hij jazz-ikonen als Ella Fitzgerald, Pat Metheny en Benny Goodman, hij musiceerde vaak bij beroemde popmuzikanten, die net als hij, buiten de lijntjes durfden kleuren: Paul Simon, Billy Joel, Quincy Jones, Julian Lennon. Een aantal laat ik zeker horen zaterdag.
Maar hij bleef een volksjongen en een echte ket en als hij even kon speelde hij graag op platen van muzikanten & artiesten van bij ons: Johan Verminnen, Helmut Lotti, Sandra Kim, Hans de Booij.
En dan blijft er zijn voorliefde voor filmmuziek. Toots was te horen in “Midnight Cowboy”, in “Turks Fruit”, in “Zware Jongens” en zette meteen de toon in de eerste seconden van beroemde TV reeksen als “Baantjer” en “Witse”.
Ik mocht hem maar één keer interviewen, maar dat was heel bijzonder: het leek alsof hij alle tijd voor me had. Hij bleef doorgaan, mijmeren en nagenieten. Hij, de artiest die wereldwijd gevraagd werd en zijn manager (die in geen vlakten te bespeuren was) wellicht tot de waanzin dreef door het hele interviewschema in de war te sturen. Van Toots heb ik geleerd dat ‘tijd maken voor elkaar’ misschien wel de mooiste deugd is.
Ik hoop dat Toots nog een zee van tijd krijgt. Het is hem gegund.
Michel Follet