
In mijn lijstje van favoriete groepen van de jaren 70 staat Redbone op één van de ereplaatsen. De groep van “Wounded Knee” en “The Witch Queen Of New Orleans” werd populair in de hoogdagen van de glamrock toen The Sweet zelfs in indianenplunje hun “Wigwambam” aan de man brachten. Ook Cher pronkte met indianenveren, waardoor heel wat tieners en verontruste ouders dachten dat de outfits & het imago van Redbone nep was en één grote verkleedpartij.
Maar de 4 heren waren trots op hun roots: de 2 broers Vegas (Pat & Lolly) waren Native Americans en de drummer een Cheyenne indiaan. Hun aanklacht “We We’re All Wounded At Wounded Knee” werd daarom niet in dank afgenomen door de Amerikanen: de plaat werd er op alle radiozenders geboycot en wijselijk niet op single uitgebracht, terwijl Europa hun bezwerende aanklacht wél begreep. Redbone betekent overigens kortweg ‘halfbloed’.
Vooral in de Nederlanden bouwde Redbone een reputatie als hitgroep op met uiterst vindingrijke popnummers als “Maggie”, “Fais-Do” en het energieke “Wovoka” dat ik één van de meest ondergewaardeerde jaren 70 singles vindt. Uitgerekend met het meer funky getinte en vrijblijvende “Come And Get Your Love” kreeg Redbone ook in Amerika gehoor. De single klom in geen tijd naar de Amerikaanse top 5 maar werd er wel hun enige wapenfeit. Dat nummer is dankzij de film “Guardians of the Galaxy” van deze zomer weer helemaal hip. Ondertussen zijn 2 leden van Redbone (Lolly Vegas en Tony Bellamy) overleden, maar de lokroep van hun tamtam zindert bij mij nog na. Herontdekt Redbone in deze aflevering van de album connection iets na half twaalf.